Euthanasieverklaring, geeft dat ook recht op euthanasie?

Op maandag 11 februari 2019 hield journalist en palliatief deskundige Rob Bruntink een lezing over euthanasie in het kader van ons 150-jarig bestaan. Een actueel thema waar wij als Vredehof Uitvaartverzorging veel waarde aan hechten. Maar waarom is die kennis over euthanasie zo belangrijk? Na de lezing gingen we met Rob Bruntink dieper in op euthanasie en het belang van een goede kennisoverdracht.

Euthanasie is volgens Rob Bruntink op zichzelf geen actueel thema van de laatste jaren: “Al vanaf de jaren ’70 wordt er veel gediscussieerd over dit complexe thema. Een belangrijk omslagpunt in de discussie is de Euthanasiewet in 2002, sindsdien praten we er steeds meer over. Met deze wet werd vastgelegd dat artsen enkel onder voorwaarden euthanasie of hulp bij zelfdoding kunnen toepassen. Sindsdien is het aantal keren dat euthanasie in een jaar toegepast werd alsmaar gegroeid. Tegenwoordig gaat het om zo’n 5 procent van alle overlijdens. ”

Stijging gebruikersgroepen
In de eerste jaren nadat de Euthanasiewet van kracht was, werd vooral een beroep op euthanasie gedaan door mensen met kanker, daarna volgden andere groepen patiënten: “De groep mensen met kanker kun je ‘de klassieke doelgroep’ van de Euthanasiewet noemen”, zegt Bruntink. “De Euthanasiewet is voor deze groep een redmiddel om het laatste stukje van de bocht af te snijden en verder ondraaglijk lijden te voorkomen.” Daarna meldden zich de mensen met dementie. Sommigen wilden hun toekomstige lijden vóór zijn, en vroegen om euthanasie terwijl ze nog geen lichamelijke of psychische klachten hadden. Anderen wilden pas euthanasie als de ziekte in een vergevorderd stadium was. Slechts een enkele keer per jaar werkt een arts hieraan mee, terwijl daar wel een grote behoefte aan is. De derde gebruikersgroep van de Euthanasiewet is de groep mensen met psychiatrische problemen. Ook zij overtuigden artsen er steeds vaker van dat zij uitzichtloos en ondraaglijk leden.” Met de komst van een vierde groep die aanspraak maakt op de Euthanasiewet, staan we middenin de actualiteit van vandaag-de-dag. Dat is namelijk de groep mensen die geen lichamelijke of psychiatrische ziekte heeft, maar een ‘voltooid leven’ zegt te hebben. Het kabinet heeft hiervoor een wetsvoorstel gemaakt. Ook D66-Kamerlid Pia Dijkstra heeft een initiatiefwet klaarliggen.

Veel misverstanden over euthanasie
Vooral die vierde groep is volgens Bruntink een versterkende factor gebleken voor de discussie: “Daardoor is het onderwerp euthanasie nog hoger op de maatschappelijke agenda terechtgekomen. Ik merk daardoor ook hoeveel misverstanden er over euthanasie bestaan. En daar zit precies de noodzaak om die kennisoverdracht beter én vaker te organiseren.” Volgens Bruntink zijn er drie belangrijke misverstanden: “Men denkt ten eerste recht te hebben op euthanasie. Met de teleurstelling die daarna volgt, komen veel artsen onder druk te staan. Sommigen zullen daar misschien voor zwichten. Daarin zit ook direct het tweede misverstand en dat is de overtuiging dat een arts verplicht is mee te werken bij een euthanasiewens. Dat is ook absoluut onjuist, een arts heeft altijd de keuze om wel of niet mee te werken.” Een ander misverstand is de gedachte dat palliatieve sedatie een vorm van euthanasie is: “Palliatieve sedatie wordt alleen toegepast om ernstig lijden, zoals pijnklachten, benauwdheid, angst of een optelsom van klachten, te verminderen. Ook hieraan zijn strikte voorwaarden verbonden. Je kunt dus in het geval van ernstig lichamelijk of psychisch lijden niet zomaar kiezen voor palliatieve sedatie als ‘alternatieve route’ voor euthanasie.”

We moeten euthanasie beter uitleggen én begrijpen
Bruntink vindt niet alleen dat kennisoverdracht vaker moet plaatsvinden: “We moeten het ook beter uitleggen. Denk bijvoorbeeld aan de euthanasieverklaring. Dat is geen paspoort of toegangskaartje voor euthanasie, maar dat wordt soms wel zo uitgelegd door professionals. Volgens Bruntink schuilt er ook een gevaar in de tendens ‘dat euthanasie wel moet kunnen’: “Als we zo doorgaan is ‘de dood’ voor alles een oplossing. Voor alle problemen die we kunnen ervaren in de weg naar het levenseinde. We moeten er ons als samenleving – en daar ligt ook een verantwoordelijkheid voor zorg- en uitvaartprofessionals – daarom meer in verdiepen om de discussie over euthanasie beter te begrijpen.”

De noodzaak van realisme
De noodzaak voor meer nadenken over euthanasie komt voort uit een andere ontwikkeling die Bruntink signaleert: “In de afgelopen 15 jaar zijn er vier groepen ontstaan die aanspraak willen maken op euthanasie. Wat is dan de volgende groep? Mensen met een verstandelijke beperking? Langdurig werklozen? Mensen die jarenlang ‘uitzichtloos’ in de schuldsanering zitten? Ja, daar zou je om kunnen lachen, maar twintig jaar geleden hadden we ook niet kunnen bedenken dat de gebruikersgroepen van vandaag-de-dag aanspraak zouden maken op de Euthanasiewet. Wat mij betreft moeten we het in onze gesprekken over euthanasie wat vaker gaan hebben over de vraag hoe wij met gevoelens van tegenslag omgaan, hoe zwaar ze soms ook zijn. Is de kunstmatige dood, uitgevoerd door de arts, werkelijk het beste antwoord dat we hebben? ”

Overlijden melden • 24 uur per dag:
088 1198 200

Neem gerust contact op wanneer u vragen heeft. Wij staan voor u klaar.

088 1198 200 info@vredehof.nl

De juiste keuze

Wij zijn overtuigd van onze kwaliteit, maar we ondersteunen die overtuiging graag met een aantal keurmerken die we met trots voeren.